Restgoot-methode haalt natrium effectief uit watersysteem

Tijs Kierkels

Als het gewas meer natrium opneemt, hoopt het zich minder op in het watersysteem. Wageningen University & Research heeft de mogelijkheden van een ‘restgoot’-methode onderzocht. Conclusie: het is mogelijk om natrium op deze manier op een laag niveau te houden met heel weinig productieverlies.

Het gaat om meerjarig onderzoek dat nu vrijwel is afgerond. “Eerst hebben we bij tomaat en komkommer aangetoond dat het gewas werkelijk meer natrium opneemt, als je meer aanbiedt. Vervolgens hebben we twee tomatenproeven gedaan met een systeem dat in de praktijk zou kunnen functioneren”, vertelt onderzoeker Wim Voogt.
Het blok staat daarbij op twee smalle goten. In de ene goot gewone voedingsoplossing, in de andere het te spuien water met verhoogd natriumgehalte (dit heet een split-root systeem). Voor de proef zijn de grenzen verkend en dus de gehaltes flink opgeschroefd.

Vergelijkbaar met lozen
“De algemene conclusie is dat het lukt om op deze manier natrium uit het systeem te krijgen en dat het bovendien heel snel gaat. Eigenlijk is het te vergelijken met lozen”, zegt Voogt.
Uit de goot met de gewone voedingsoplossing nam het gewas 0,2 mmol/l Na op. Uit de restgoot was dat 3,2, respectievelijk 3,5 mmol/l bij een medium en hoog Na-niveau. “Bij het medium niveau streefden we naar een concentratie van 15-25 mmol/l. Het werd uiteindelijk 22 bij een EC van 6,5. Bij het hoge niveau was het streefcijfer 20–30 mmol. Dat liep op tot 27 bij een EC van 9”, vertelt de onderzoeker.

Productieverlies gering
De keerzijde was dat er productieverlies optrad, namelijk 15%. Als je in de praktijk 7-10% restgoot hanteert (terwijl de rest van de kas op een normale goot staat), is het totale productieverlies 1,5 %. Voogt benadrukt dat dit het ‘worst case scenario’ is. In de eerste plaats was het teeltsysteem in de proef niet optimaal. Er lag een matje tussen blok en mat, om te voorkomen dat voedingsoplossing via capillaire werking van de ene in de andere goothelft terecht komt, maar dat belemmerde ook goede wortelgroei. “Verder liep de EC erg op en dat is de belangrijkste veroorzaker van de lagere productie. Als je de EC beter in de hand hebt, is het productieverlies zeker lager”, geeft hij aan.
Bovendien is de restgoot een noodvoorziening. Zolang het natriumgehalte binnen de perken blijft, stuur je door beide goten de normale voeding. Pas als natrium moet worden verwijderd, ga je de tweede goot echt als restgoot gebruiken. Pas dan is er dus sprake van minder productie. Als je dit alles bij elkaar optelt, zal het productieverlies in een praktijksituatie heel gering zijn.

Betere smaak
Verder heeft de verhoogde EC ook duidelijk een positief effect. “De tomaten uit het splitrootgedeelte smaakten beduidend beter dan die uit de controle. Volgens de metingen en toepassing van het smaakmodel 14-28% beter. De brixwaarde lag 15% hoger en ook zuurgehalte en drogestofgehalte waren duidelijk hoger. De kwaliteit was dus veel beter. Dat is voor 100% toe te schrijven aan de verhoogde EC.”

Meer nieuws