Succesvol event ‘Toekomstbestendige grondgebonden teelten’

Met een lysimeter kan de omvang van de emissiestroom worden gemeten. Hiervoor wordt een diepe drainbak ingegraven in de grond. In diverse teelten, zoals chrysant en lisianthus, is het een beproefd hulpmiddel voor de watergift-optimalisatie. Met een lysimeter kan uitspoeling, als gevolg van een beregeningsoverschot, precies gekwantificeerd worden. Het effect van een watergift is echter pas na enkele dagen tot weken zichtbaar in de lysimeter.
Bodemsensoren reageren direct op veranderingen in het vochtgehalte in de verschillende teeltlagen. Ze geven ondersteuning bij de dagelijkse planning van de watergift en waarschuwen als de juiste werking van de lysimeter in gevaar komt. Omdat bodemvochtsensoren alleen lokale watergehalten en veranderingen aangeven, kan geen uitspraak worden gedaan over de daadwerkelijke uitspoeling. De laatste jaren is veel ervaring opgedaan met de praktische toepassing van bodemvochtgehalte sensoren. Momenteel werkt WUR Glastuinbouw aan een toepassing van bodemvochtsensoren op basis van een prikstok principe.
Druppelbevloeiing vindt bij grondgebonden teelten vooral plaats wanneer het gewas niet nat mag worden zoals dat bij beregening wel gebeurd. De druppelslangen kunnen naast de teeltrijen worden gelegd. De toepassing van druppelslangen in teeltbedden komt vooral bij sierteeltgewassen voor. Met druppelbevloeiing is de watergift goed te sturen. Het voordeel van precisie in watergiftsturing is tegelijkertijd ook het grootste nadeel. De delen van de grond waar niet gedruppeld wordt, kunnen sterk uitdrogen.
Beregenen is een belangrijk onderdeel in het teeltproces. Uniformiteit en een gelijkmatige verdeling zijn twee essentiële kenmerken bij de beoordeling van een beregeningsinstallatie. Het kenmerk "uniformiteit" wordt ook gebruikt om beregeningsoplossingen onderling te vergelijken. Een hogere uniformiteit geeft een gelijkmatigere verdeling.
In elke installatie zijn wel plekken waar minder en waar meer water terechtkomt. De uniformiteit van het resultaat van de sproeiers is mede afhankelijk van de druk en hoogte. Verandering van de druk en hoogte kan dus resulteren in een andere verdeling. Controle hiervan is belangrijk zodat er zo nodig bijgestuurd kan worden. Door direct te meten op de sproeier kan zo precies mogelijk de (werk)druk worden afgelezen. Hiervoor kan gebruik worden gemaakt van de Meetstraat Precisie Irrigatie.