Voorkomen lekstromen uit de kas begint bij meer bewustwording

Manfred Wienhoven (Ecorys)

In het project ‘Beperken en voorkomen (bodem)lekkages glastuinbouw’ is onderzocht of lekstromen vanuit de kas kunnen worden gesignaleerd met behulp van een relatief eenvoudige meetopstelling. Vraag is of een eventuele lekstroom qua omvang kan worden gekwantificeerd. Het onderzoek leert dat preventie begint bij meer bewustwording bij telers. Lekstromen zijn doorgaans bescheiden van omvang, maar vormen met elkaar wel een onwenselijke situatie.

Een lekstroom is een via de bodem uit de kas naar het oppervlaktewater wegstromende hoeveelheid ongezuiverd bedrijfswater. Dat varieert van een diffuse uitspoeling uit de grond tot directe waterlozingen via de drainageput.

Opzet onderzoek
In het onderzoek zijn per meetronde de volgende watermonsters verzameld: voedings- en drainwater; grondwater in de kas; grondwater in de oever; drainageput (indien aanwezig); oppervlaktewater.
Lekken uit het teeltsysteem doen zich in de praktijk bijvoorbeeld voor doordat slangetjes die het voedingswater naar de planten brengen los hangen en op de grond druppelen. Ook kunnen er scheuren ontstaan in substraatmatten, waardoor tijdens de watergift het voedingswater uit de mat stroomt en op de bodem terechtkomt. Bij grondgebonden teelt, waarbij geen vorm van scheiding is van het gewas met de bodem, is de hoofdvraag of lekstromen zijn terug te zien in het grondwatersysteem buiten de kas (in de oever). Bij grondgebonden teelt wordt het voedingswater direct in de bodem gebracht. Voedingswater dat niet door het gewas wordt opgenomen, zakt weg in de bodem naar het grondwater.

Conclusies
In het onderzoek worden de volgende zaken geconcludeerd:

  • Op alle onderzoekslocaties worden in het grondwater in de kas en in de oeverzone restanten van recent gebruikte gewasbeschermingsmiddelen teruggevonden;
  • Op alle onderzoekslocaties is sprake van een interactie tussen het grondwater en het oppervlaktewater. Op enkele locaties is een drainageput aanwezig die direct loost op oppervlaktewater;
  • Door uitspoeling of uitmalen (drainageput) bereikt grondwater met restanten van gewasbeschermingsmiddelen en/of nutriënten, al dan niet vertraagd, het oppervlaktewater;
  • Bij alle onderzoekslocaties worden concentraties in het grondwater (kas, oever, drainageput) gemeten boven de milieukwaliteitsnormen;
  • Hoe directer de interactie tussen het grondwater en het oppervlaktewater hoe beter de gemeten waarden in het grondwater een indicatie vormen van de toxische druk op het oppervlaktewater;
  • Naast middelen die recent zijn gebruikt, worden in alle compartimenten ook stoffen gemeten die het verleden zijn toegepast;
  • Op (nagenoeg) alle locaties zijn - om en nabij de peilbuizen - lekken waar te nemen in de vorm van (kleinere of grotere) plas-drasplekken.
  • De oorzaak van plas-drasplekken is vaak terug te voeren op onder andere losgeschoten druppelaars, verschoven en gescheurde substraatmatten, diverse defecten bij aansluiting van teeltgoot op de hoofddrain.

Periodiek onderhoud
Het risico voor de kwaliteit van het oppervlaktewater kan per locatie verschillen en is naast de eigenschappen van het teeltsysteem en het perceel mede afhankelijk van hoe actief ondernemers al bezig zijn met het beperken van emissies, bijvoorbeeld in de vorm van (preventief) periodiek onderhoud van het teeltsysteem en focus op precisietoepassingen.
Dat bij normaal bedrijfsmatig gebruik teeltsystemen niet 100% lekdicht blijven, is al langer bekend. Ondernemers zijn in de praktijk, vanuit onder andere het belang van een goede plantgezondheid, ook al alert op lekkages. Zij instrueren vaak hun personeel hierop. Dat leidt in de huidige situatie echter nog onvoldoende tot beheersing van lekstromen en emissie van gewasbeschermingsmiddelen.

Aanbevelingen
Om het risico voor de waterkwaliteit te verkleinen doet dit onderzoek aanbevelingen voor enkele praktijkgerichte acties gericht op beperken en voorkomen van lekverliezen:

  • Het is belangrijk de bewustwording snel te vergroten;
  • Lekstromen, zoals in dit onderzoek aangetroffen, zijn nooit geheel te voorkomen;
  • De opstelsom dat vele kleinere lekkages kunnen leiden tot overschrijdingen in het oppervlaktewater, wordt door ondernemers nog niet vanzelf gemaakt.

Verder is aan te bevelen om parallel te werken aan het vergroten van de onderhoudbaarheid van teeltsystemen en watertechnische installaties. Randvoorwaarde voor systemen zou moeten zijn dat mankementen die optreden tijdens de gebruiksfase bij visuele controle makkelijk aan het licht komen en binnen zeer afzienbare tijd via onderhoud zijn te verhelpen. Voorkomen is beter dan genezen, het doorvoeren van verbeteringen gaat echter niet van de een op de andere dag. Dit vraagt tijd en investeringsruimte én primair bewustwording.

Het eindrapport is toegevoegd als bijlage.

Meer nieuws