Onderzoeker Matthijs Blind: “Een hoge productie is mogelijk, de start is bepalend”

Jan van Staalduinen

Het project ‘Innovatieve/alternatieve teeltsystemen voor grondgebonden snijbloemen’ richt zich onder andere op de mogelijkheden van de teelt op water. Naast voortzetting van het onderzoek in chrysant verkent Proeftuin Zwaagdijk of deze efficiënte teeltwijze geschikt is voor andere, nog grondgebonden snijbloemen. “In chrysant is al veel vooruitgang geboekt. We weten dat een hoge productie mogelijk is en dat een goede start – inclusief de beworteling – bepalend is voor het succes”, zegt onderzoeker Matthijs Blind.

Hoge productie mogelijk
Na een mislukt praktijkproject en vier jaar onderzoek bij Proeftuin Zwaagdijk is duidelijk dat je chrysanten wel degelijk goed op water kunt telen. Gebleken is dat met het systeem in potentie zelfs betere resultaten kunnen worden behaald dan in de gangbare grondteelt. Dat is ook nodig, want ondanks een lager verbruik van water en meststoffen hangt er een prijskaartje aan het teeltsysteem. In het onderzoek komt naar voren dat de sleutel tot een topproductie moet worden gezocht in het begin van de teelt.

Beworteling en lange-dag-fase
“Als een chrysantenteelt op water goed uit de startblokken komt, gaat de rest eigenlijk vanzelf”, heeft Blind inmiddels ervaren. “We richten ons daarom vooral op de beworteling en de lange-dag-fase, want die zijn cruciaal. Telers die in een dergelijk teeltsysteem investeren, moeten zeker zijn van een goed en voorspelbaar resultaat. Dit betekent in de eerste plaats dat de beworteling vlot en homogeen moet verlopen. De voornaamste onderzoeksvraag in de chrysantenproeven is dus welke omstandigheden en setpoints bepalend zijn.”

Screening zomerbloeiers
Telen op water kan ook voor andere nog grondgebonden snijbloemen interessant zijn. Omdat daarmee nog weinig ervaring is opgedaan, is gestart met een screening. In overleg met de begeleidingscommissie is besloten om in eerste instantie zes gewassen onder de loep te nemen. Dat zijn Alchemilla, Campanula, Delphinium, Matricaria, Trachelium en violieren. In de vervolgproeven zullen ook andere snijbloemen worden getest.

De onderzoeker: “De eerste proefjes zijn net opgezet. In tegenstelling tot chrysant gaat het bij deze gewassen niet om het finetunen, maar om indicaties of telen op water überhaupt mogelijk is. Niet ieder gewas zal daar goed op reageren. Na de screeningsfase wordt het onderzoek voortgezet met een beperkt aantal gewassen. Overigens is telen op water niet de enige techniek. Voor gewassen die niet op water kunnen worden geteeld, zullen we ook andere systemen testen.”

Financiers
Het project Innovatieve/alternatieve teeltsystemen voor grondgebonden snijbloemen wordt gefinancierd door LNV (topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen), Stowa, LTO Noord Fondsen, Stimuflori en de landelijke commissie Chrysant/ChrIP.

Lees meer over dit project via onderstaande link.

Meer nieuws