Methaan in (osmose)water en kaslucht

Bij het oppompen van bronwater uit de grond komt vaak methaangas (CH4) mee. Dat wordt er via een beluchtingtoren of op een andere beluchtingwijze vaak uitgehaald. Het streven is dat osmosewater na beluchting nog maximaal 0,2 mg/l methaan bevat.

Het is nog beter als het ook nog een zuurstofgehalte van 8 mg/l of hoger heeft. Maar osmosewater is vaak niet zuurstofrijk, via beluchting kan het koude water wel makkelijk zuurstof opnemen.

Methaan in uitgangswater is een voedingsbodem voor bacteriegroei waardoor verslijming en verstopping van het watergeefsysteem kan ontstaan, en het water zuurstofarm wordt. Daardoor kunnen wortelziekten sneller tot ontwikkeling komen en de plant zwakker maken. Controle op een goede werking van uw methode van beluchting is dus van belang voor gezond uitgangswater.

Methaan ontstaat in de grond onder andere door afbraak van organische stoffen door bacteriën onder anaërobe (zuurstofloze) omstandigheden. Zulke omstandigheden komen vaak in bodems voor waarin organische stoffen (dode plantenwortels) aanwezig zijn, of wanneer compost toegevoegd is als grondverbeteraar. In kaslucht komen dan soms verhoogde concentraties methaan voor. Normaal kan er in buitenlucht 1,8 ppm (1800 ppb) voorkomen. Voor gewassen zijn geen schade-grenzen van methaan bekend. In kassen zijn wel concentraties van 10ppm gemeten wat uit de grond kwam. Methaan in de lucht is een broeikasgas dat vermoedelijk een remmend effect heeft op plantengroei. Daar heersen in de bodem dan ook zuurstofarme omstandigheden. Droger telen, beluchten van de bodem en het verlagen van de bodemtemperatuur kan het vergistingproces remmen.

Groen Agro Control kan methaan in water en in de lucht bepalen, vraag wel om de juiste monstermethode of monstername , omdat methaan makkelijk vervluchtigt. Zuurstof in water wordt gemeten op uw eigen locatie.