Ruimte om meer Na toe te laten in recirculerende oplossing phalaenopsis

Tommaso Barbagli, Wim Voogt, Marco Hofman (WUR)

Het bepalen van de schadedrempel voor Na in het wortelmilieu van phalaenopsis met recirculatie. Dat was de doelstelling van het project 'Effecten van verhoging van Na in de voedingsoplossing bij phalaenopsis'. Het project maakt deel uit van het onderzoek 'Telen met toelating van meer Natrium'. Een van de conclusies is dat er ruimte is om meer natrium toe te laten in de recirculerende oplossing voor phalaenopsis.

Een volledige teeltproef met Phalaenopsis, van opgepotte plug-plant tot en met de bloeifase, is gedaan met de cultivars Leeds en Morelia. Hierin is bij de verschillende behandelingen een reeks natriumtrappen toegepast in de gift, van 0 tot 10 mmol/l, met een serie met gelijkblijvende EC en een serie met meestijgende EC. De groei en productie was significant lager bij 10 mmol/l en een EC van 1.5 mS/cm, veroorzaakt door een te lage K opname. Bij dezelfde natriumconcentratie en een gelijkblijvend K aanbod werden de groei en bloei niet beïnvloed. De hogere EC-waarden gaven iets meer bloemtakken en hadden iets kleinere bloemen. In een uitbloeitest nam de sierwaarde sterk af bij de hoogste Na gift en ook hadden de planten met hoog natrium met een meestijgende EC een lagere sierwaarde door meer knopval en vooral bladvergeling. De natriumopname verliep lineair met het aanbod van natrium en blijkt bij phalaenopsis zeer hoog te zijn. Het meeste hiervan wordt opgeslagen in het oude blad. De opnameconcentratie is met 10 – 12% van de heersende concentratie zeer hoog vergeleken met andere tuinbouwgewassen. De slotsom is dat de maximale Na-concentratie kan worden verhoogd tot 6 mmol/l bij een EC van 1.5 dS/m.

Overige conclusies
Belangrijke conclusie van het onderzoek is dat verhoging van natrium in de gift c.q. drain bij phalaenopsis bij Na (10 mmol/l) in combinatie met een lage EC (1.5 dS/m) significant kleinere planten gaf (korter, geringer bladoppervlak, lager aantal bloemen, lager stengelgewicht) en een lagere kwaliteit (meer chlorose en bladrandnecrose), en een afname van de sierwaarde tijdens uitbloei. Bij de hoge Na concentratie (10 mmol/l) maar met een meestijgende EC (2.5 dS/m) waren de prestaties van de planten vergelijkbaar met de referentiebehandeling, met uitzondering van de bloemdiameter, die wat kleiner uitviel en ook nam de sierwaarde sterker af tijdens de uitbloeifase. Bij de gematigd hoge Na concentratie (6.5 mmol/l) waren de prestaties van de planten vergelijkbaar met de referentiebehandeling, met uitzondering van de bloemdiameter, die wat kleiner uitviel bij de behandeling met de meestijgende EC en ook nam de sierwaarde sterker af tijdens de uitbloeifase.
Overige conclusies zijn:

  • De effecten waren voor beide cultivars vergelijkbaar; 
  • In Morelia bleek de aantasting van Fusarium bij hoge EC hoger;
  • De effecten van de behandeling met 10 mmol Na/l en EC 1.5 dS/m hangen hoogstwaarschijnlijk samen met de lage beschikbaarheid van K, zoals blijkt uit de sterke afname van K in het blad bij stijgend Na;Phalaenopsis blijkt een grote hoeveelheid Na op te kunnen nemen, die kan oplopen tot meer dan 2000 mmol/kg bij Leeds;
  • De opgenomen Na is vooral geconcentreerd in de bovengrondse biomassa (70-60%). Maar een aanzienlijk deel van Na wordt ook opgeslagen in de wortels (30-40%);
  • Bij een gelijkblijvende EC neemt de Na-opname sterker toe met de concentratie bij de wortel dan bij meestijgende EC; 
  • Dit onderzoek laat zien dat er ruimte is om meer Na toe te laten in de recirculerende oplossing van phalaenopsis;
  • Een aanbevolen maximale Na-concentratie zou 6 mmol/l zijn bij een EC van 1.5 dS/m.

Meer nieuws teelt en bemesting