Ruim baan voor vochtsensoren in grondteelten

Jan van Staalduinen

Met vochtsensoren kunnen grondgebonden glastuinbouwbedrijven de watergift optimaliseren en – wanneer een drainagesysteem ontbreekt – de verliezen van water en meststoffen naar de ondergrond terugdringen. “Daarmee kunnen zij ook verantwoording afleggen over hun waterhuishouding”, zegt senior adviseur chrysant Theo Roelofs.

“Tot voor kort ontbrak het aan instrumenten die goed op de glastuinbouw waren afgestemd én hufterproof waren. Nu dat verholpen is, zullen zij hun weg naar de praktijk wel gaan vinden”, meent hij.
Iedere teler heeft de plicht om water efficiënt te gebruiken en de emissie van water en meststoffen naar de ondergrond te beperken. Voor grondgebonden bedrijven zonder drainagesysteem, die we vooral op zandgronden tegenkomen, is het lastig om hun waterhuishouding te kwantificeren. Wat er de kas in gaat is weliswaar bekend, maar hoeveel het gewas opneemt, via verdamping verloren gaat of uitspoelt naar diepere grondlagen blijft onduidelijk.

Kalibreren
Toepassing van vochtsensoren in de bodem kan klaarheid brengen, maar er zijn nauwelijks bedrijven die deze gebruiken. Theo Roelofs, senior adviseur chrysantenteelt bij Delphy, heeft daar een goede verklaring voor. “Vochtsensoren voor toepassing in de bodem zijn al vele jaren op de markt, maar zij waren niet goed afgestemd op de glastuinbouw”, zegt hij. “Sommige apparaten waren te storingsgevoelig of door hun bedrading te kwetsbaar, ze waren vrijwel allemaal moeilijk te kalibreren vanwege de relatief hoge watergift en de hoge gehaltes aan voedingsstoffen die in tuinbouwteelten gebruikelijk zijn. Fabrikant Sensoterra heeft er jaren mee gestoeid en zegt het lek nu boven te hebben. Dat is goed nieuws, want aan bedrijfszekere, nauwkeurige sensoren is wel degelijk behoefte.”  

Nieuwe generatie
“Theo slaat de spijker op zijn kop”, vult sales director Bas van der Velden aan. “Wereldwijd gebruiken enkele duizenden boeren, telers en groenbeheerders onze instrumenten om de vochtgehalten in de bodem te monitoren en hun irrigatie te optimaliseren. De glastuinbouw is nog een enigszins witte vlek. Dat komt door de specifieke omstandigheden die daar gelden. Om goed te functioneren, moet je de sensor kalibreren in relatie tot grondsoort en waterregime. In de glastuinbouw zijn de omstandigheden dermate anders dan in open grondteelten en openbaar groen, dat onze bestaande apparatuur daar niet goed mee uit de voeten kon. De hoge watergiften en intensieve bemesting in kasteelten weken te sterk af. Onze nieuwste generaties sensoren en meetprotocollen zijn daar nu wel op berekend. Via onze wederverkopers kunnen we nu ook de glastuinbouw op maat bedienen.”

Centrale computernetwerk
Deze vochtsensoren bestaan uit twee metalen, van sensoren voorziene pennen en een blauwe kunststof behuizing met elektronica en batterijvoeding. Er zijn verschillende uitvoeringen voor single- en multi-depth metingen. Het apparaat wordt rechtstandig in de bodem gedrukt of geslagen – eventueel via een boorgat – en staat via draadloos internet in verbinding met het centrale computernetwerk in Amsterdam en het ondersteunende adviesplatform van de betrokken toeleverancier of adviesorganisatie. Voor een representatief beeld zouden enkele sensoren en meetdiepten (minimaal twee) per kraanvak of afdeling wenselijk zijn.

Korte terugverdientijd
“Voor hoogwaardige glasteelten zou de investering van pakweg 300 euro per sensor geen probleem moeten vormen”, merkt Van der Velden op. “Je kunt er efficiënter door water geven en dat bespaart gewoon geld. Bovendien gaat een verbeterde waterhuishouding vrijwel altijd gepaard met productieverhoging en afnemende ziektedruk door bodempathogenen. Binnen een paar jaar – volgens sommige klanten al binnen één seizoen – moet je zo’n meetsysteem kunnen terugverdienen.”
Roelofs vult aan: “Met een goede meetdiscipline en opvolging toont de teler ook aan dat hij zijn zorgplicht serieus neemt. Daar wordt actief op gecontroleerd en handhavers worden kritischer. Wanneer de nieuwe technologie haar belofte waarmaakt, kan het ineens hard gaan.”

Meer nieuws