Nick van den Berg: ‘Neem eigen bedrijf onder de loep en kijk of nullozing mogelijk is’

Bunnik Plants in Bleiswijk is erkend als nullozer. In de gesprekken met DCMR Milieudienst Rijnmond en het Waterschap Schieland en Krimpenerwaard heeft het potplantenbedrijf aannemelijk kunnen maken dat ze geen afvalwater lozen. Nick van den Berg, teeltspecialist bij Bunnik Plants, is nauw bij alle gesprekken betrokken geweest: “Van het bevoegd gezag hebben we een schrijven ontvangen, waarin staat dat het aannemelijk is dat we geen restwater lozen. En met deze erkenning als nullozer zijn we erg blij.” Met de nullozing wil het bedrijf het milieu volledig ontzien en past bij de ambitie om in 2020 zonder kunstmest en insecticiden, maar meer weerbaar te telen.

Op ruim 25 hectare worden wekelijks gemiddeld 700.000 planten duurzaam geproduceerd. Het assortiment bestaat uit 50 verschillende soorten kamerplanten, hoofdzakelijk groene maar ook bloeiende planten. Van de zes teeltlocaties zijn er drie voorzien van rolcontainers en drie van betonvloeren, maar allemaal wel met eb/vloed-systeem voor de watervoorziening. Het retourwater wordt vanwege de organische vervuiling gefilterd door een zeefbocht.

Ondergrondse wateropslag
Het gietwater is 100% regenwater, dat in bassins (binnen en buiten) is opgevangen. Bij drie locaties wordt het water wat over is in de ondergrond opgeslagen. De ondergrondse wateropslag gebeurt op vier dieptes: 10, 20, 30 en 40 meter. “Bij een watertekort pompen we eerst het water uit de diepste laag op. Als het opgepompte water te zout wordt, gaan we naar een hogere laag”, vertelt de teeltspecialist. Het opgepompte water gaat door de UV-ontsmetter en dan in het regenwaterbassin.

“We beluchten zowel het regenwater als het drainwater dat van de eb/vloed retour komt. Door het hogere zuurstofgehalte, met een streefwaarde van boven de 8 milligram per liter, hebben ziektekiemen minder kans, worden nutriënten beter aan water gebonden en gaan we algengroei tegen.”

Geen grote aanpassingen
Van den Berg: “Doordat meerdere locaties door het eb/vloed-systeem al gesloten waren, was nullozing met een paar aanpassingen haalbaar. Hierdoor hebben we geen grote aanpassingen hoeven doen.” De belangrijkste aanpassing was het filtersysteem van de wasser voor de rolcontainers. Vanwege de gewasbeschermingsmiddelen die in de teelt worden gebruikt, moet het spoelwater van de containerwasser fijner worden gefilterd om het te kunnen hergebruiken. De zeefbocht voor het organische vuil is vervangen door een trilzeef, die tot 20 micron kan filteren.

Een andere aanpassing was de opvang van het condenswater van de kasopstanden. “Voorheen ging het condenswater in de silo voor het retourwater. Maar nu gaat het in een aparte silo, zodat het traceerbaar is”, aldus de teeltspecialist. Een paar leidingen, die naar de sloot lopen en voor de overstort van bassins diende, zijn verlijmd afgedopt. De overstort gaat nu naar een silo die niet meer werd gebruikt.

Alles op papier zetten
Bunnik Plants heeft ervoor gekozen om de rapportage in eigen beheer te houden en niet uit te besteden aan een adviesbureau. Dit om nog beter inzicht te krijgen in de waterstromen op de verschillende locaties. Per locatie heeft de teeltspecialist een heel boekwerk voor het bevoegd gezag moeten opstellen, waarin alles rond nullozing op papier staat. “Ze hameren behoorlijk op het onderhoudsplan. Zo moet je antwoord geven op vragen, zoals wat doe je met lekke rolcontainers of draingoot? Is het personeel hierover geïnstrueerd? Je moet beschrijven dat je eerst de eigen technische dienst inschakelt en dan pas een extern bedrijf.”

Duurzaam telen
Bij Bunnik Plants geloven ze in duurzaam en op milieuverantwoorde manier telen. Om in hun elektriciteitsbehoefte te voorzien, gebruiken zij meer dan 9.000 zonnecollectoren, die voornamelijk op de bedrijfsruimtes zijn aangebracht. Samen met een eigen biomassacentrale, waar houtsnippers en snoeihout worden verbrand, is de opgewekte stroom goed voor 4.000 huishoudens. Met de restwarmte hiervan en van de RoCa-centrale worden kassen verwarmd.

“De komende tijd gaan we ook meer weerbaar telen, zodat we zonder kunstmest en insecticiden kunnen. Daarvoor moeten we volgend jaar nog wel een paar extra stappen maken om te zien of dat haalbaar is”, besluit de teeltspecialist.

Meer nieuws