Meer natrium toelaatbaar door benutting EC-ruimte

Tijs Kierkels

Als je de voeding op orde hebt, zorgen de elementen samen voor een bepaalde EC in de voedingsoplossing. Het gewas kan echter een hogere EC aan en vaak is die ook gewenst. Het verschil tussen de voedings-EC en de gewenste/aanvaardbare EC kan worden benut om het natriumgehalte op te laten lopen.

Uit lopend onderzoek bij Wageningen University & Research blijkt dat veel gewassen meer natrium aankunnen dan de vuistregels van de praktijk. Paprika bijvoorbeeld liet tot 10 mmol/l geen negatieve effecten zien, terwijl in de praktijk 6 mmol/l als grens gold. Bij tomaat ligt de veilige grenswaarde nog veel hoger. Proeven met andere gewassen, zoals gerbera, zijn gaande of worden nog opgezet.

Opnameconcurrentie
Natrium concurreert bij de opname met andere kationen: kalium, magnesium en calcium. Bij een oplopend natriumgehalte kun je daarom problemen tegenkomen zoals neusrot bij vruchtgroenten of rand bij sla. Dat is het gevolg van verminderde calciumopname. Dat is bijvoorbeeld gebleken bij het onderzoek met humaten als middel tegen natriumschade.

Bij een relatief lage EC concurreerde natrium in deze proef met de kaliumopname, bij een iets hogere EC niet. Dit is als volgt te verklaren:

Bij een EC 3,5 is EC 2,4 nodig voor de voedingselementen. Er blijft dus 1,1 dS/m over als ruimte voor niet-essentiële stoffen zoals natrium. Dat komt ongeveer overeen met 11 mmol. In de humaatproeven voegden de onderzoekers echter 14 mmol natrium toen. Dat is meer dan de ruimte van 11 mmol en het effect was dat de natrium-toevoeging ten koste ging van de kaliumgift. Bij een EC 4,0 was er genoeg ruimte voor natrium en was er dus genoeg kalium in de gift.

De kanttekening hierbij is dat het om een proefsituatie ging. De EC-gift en het natriumgehalte werden op vaste waarden gehouden. Dat had tot gevolg: meer natrium geven gaat ten koste van de kaliumgift.

EC-ruimte benutten
Toch kun je wel een algemene conclusie trekken: negatieve effecten van een oplopend natriumgehalte kunnen worden ondervangen door een wat hogere EC aan te houden. Daar zit uiteraard een grens aan, die voor elk gewas verschilt.

In de loop van de tijd is de voedingsopname van gewassen sterk gestegen, parallel aan de hogere opbrengst. Dat wil zeggen dat de opname-EC van het gewas is gestegen. Maar het EC-niveau bij de wortel is nog meer gestegen, en daarmee de veilige ruimte voor natrium.

Als voorbeeld de getallen bij tomaat:

  • In 1990 namen de voedingselementen EC 1,8 in, terwijl de aanbevolen wortel-EC op 2,5 lag. Er was dus 0,7 dS/m ruimte voor andere elementen, zoals natrium.
  • In 2010 was het voedingsniveau gestegen en namen de essentiële elementen een EC van 2,1 in. Tegelijkertijd was de aanbevolen wortel-EC omhooggegaan naar 3,5. De ruimte was daarmee toegenomen tot 1,4.
  • Voor 2020 nemen de essentiële elementen 2,3 dS/m in, terwijl de totale wortel-EC 4,0 is. De veilige ruimte is gestegen naar 1,7 dS/m.

Deze trend geldt voor de meeste gewassen. De veilige EC-ruimte is dus gestegen en kan meer worden benut om natrium te tolereren.

Meer nieuws