Jan van der Voort: ‘We geloven meer in biologische dan chemische oplossingen’

Voort Tomatoes teelt op twee locaties, ’s-Gravenzande (9,5 ha) en Brielle (8 ha), jaarrond trostomaten op steenwol in teeltgoten. In ’s-Gravenzande wordt de middel trostomaat Tourance belicht en Capricio onbelicht geteeld. De teelt van deze tomatenrassen is op verzoek van de afnemers van telersvereniging Prominent. Voor gietwater gebruikt het bedrijf regenwater. Omdat de opvangcapaciteit in silo’s beperkt is, vindt aanvulling met osmosewater plaats. Het omgekeerde osmose apparaat kan naar behoefte maximaal 700 m3 water per dag produceren. Voor het ontsmetten van het drainwater gebruikt het tomatenbedrijf een lage druk UV-installatie.

Crazy roots bestrijden
“De tomatenteelt heeft al zes jaar last van crazy roots, die door een bacterie wordt veroorzaakt. De overmatige wortelgroei werd ieder jaar erger”, zegt Jan van der Voort. “Om dit te bestrijden, zijn we begonnen met ECA-water. We hebben dit drie jaar toegepast, maar kregen de crazy roots niet onder controle. Bovendien zag je bij een hoge chloorconcentratie een minder spontane gewasgroei en gingen de membraantjes van de druppelaars kapot.”

Van der Voort zag toen bij Prominent 1 aan de Groeneweg een testopstelling van de Triton bioreactor staan, waar hij enthousiast van werd. Voor het derde teeltseizoen staan er nu twee bioreactors, met ieder een maximale capaciteit voor 5 hectare, om plantenziektes als crazy roots tegen te gaan en het druppelsysteem schoon te houden.

Gezonde microflora
In het reactorvat wordt door een geavanceerde regeling en slim samenspel van lucht, water en een samengestelde voedingsbodem een gezonde microbiologische populatie opgebouwd. Deze populatie, die voornamelijk uit bacteriën, schimmels en gisten bestaat, zorgt ervoor dat de organische vervuiling wordt ‘opgegeten’. Hierdoor hebben de pathogenen in het watergeefsysteem minder voeding. Zo krijgt bijvoorbeeld de agrobacterie die de crazy roots veroorzaakt, geen kans om te groeien. Er ontstaat een eigen afweersysteem tegen pathogenen.

Bij het tomatenbedrijf circuleert continu water (15 tot 16 m3/uur) uit de schone drainsilo over de bioreactor. Dit om het goede bacterieleven in het water te krijgen voordat het water weer de teelt in gaat. Met een pulspompje wordt een vloeibaar bacteriepreparaat van Agrona meegedruppeld in het teeltwater.

Zuurstofgehalte meten
Omdat de silo’s buiten staan, is verwarming van het water in de winter nodig om het op 19 tot 20 graden te houden voor de bioreactor. Bovendien wordt het water in de reactor, waar zich een aantal specifieke lagen filtermateriaal als drager van de biologie bevinden, verzadigd met zuurstof. Dat gebeurt door het water zowel van onder- als bovenaf te beluchten.

De tomatenteler: “Vanaf het begin vangen we één keer per week de eerste druppelbeurt op en meten daarvan het zuurstofgehalte. Een lager gehalte kan duiden op vervuiling van het druppelsysteem, wat we schoon willen houden. Door elke week het zuurstofgehalte te meten, is het verloop goed te monitoren. Om de paar weken spoelen we het druppelsysteem door. In de eerste paar seconden zien we dan iets van vervuiling, maar daarna niets meer. Het druppelsysteem is en blijft mooi schoon.”

Weerbaarder gewas
“Door de bioreactor, het bacteriepreparaat en het bewuster volgen van het zuurstofgehalte, zien we dat we een beter weerbaar gewas hebben. Dat is niet onbelangrijk in een tijd met allerlei ziekten en plagen. Van crazy roots blijven we wel last houden, maar zien echter minder negatieve effecten in het gewas. We denken dan ook dat het meer beheersbaar is”, aldus Van der Voort. “Met chemie, dat steeds minder wordt, hebben we al heel veel geprobeerd. Meestal met weinig of geen resultaat. Daarom zijn we ervan overtuigd dat we het in de toekomst met biologie moeten doen.”

Meer nieuws