Handhaver Piet Lugtigheid: “Telers hebben grenzen verlegd in watermanagement”

Roger Abbenhuijs

Hij is handhaver bij waterschap Hollandse Delta, maar zet zijn kennis en ervaring ook in voor Rivierenland. Dat maakt dat Piet Lugtigheid zich bezighoudt met het waterdossier van de glastuinbouw van de westkust tot de oostgrens van ons land. Een groot gebied met veel variatie aan teeltbedrijven, maar met een duidelijke overeenkomst: “De afgelopen twee jaar hebben ondernemers in de glastuinbouw grenzen verlegd op gebied van watermanagement en zuivering.”

Een lesje Nederlandse topografie: de Hollandse Delta omvat het gebied van de Zuid-Hollandse eilanden, waaronder Voorne-Putten, de Hoekse Waard en Goeree-Overflakkee, maar ook de telers rond Barendrecht en Ridderkerk behoren tot dit waterschap. Onder Rivierenland vallen onder andere de tuinbouwgebieden Betuwe, Bommelerwaard en Huissen.

Een uitgestrekt werkgebied voor Piet Lugtigheid, die dan ook spreekt van grote regionale verschillen, ook binnen een waterschap. “Ridderkerk is het gebied van de grondgebonden slateelt, een gebied dat onder druk staat vanwege het oprukkende handelscentrum. Dat zijn totaal andere bedrijven dan in Tinte/Vierpolders, waar grootschalige, moderne glasgroentebedrijven zijn gevestigd. Ook de Bommelerwaard kenmerkt zich door vernieuwing en expansie, met de nadruk op de chrysantenteelt. Dat is vanwege de grondteelt ook weer een aparte discipline.”

Harde deadline
Uiteraard stonden de afgelopen twee jaar ook voor Piet Lugtigheid vooral in het teken van de zuiveringsplicht, die op 1 januari vorig jaar van kracht werd. “Stap 1 was het tijdig voorbereiden van ondernemers op hetgeen ging veranderen. Groot voordeel was daarbij dat ik al wat jaren meeloop, onder andere als praktijkonderzoeker, waardoor ik veel bedrijven ken en al regelmatig had bezocht. Daarnaast zijn er veel bijeenkomsten georganiseerd, om zoveel mogelijk kennis over te dragen.”

Goed meten, maar vooral het zorgvuldig in kaart brengen van de waterstromen op het bedrijf, heeft daarbij de prioriteit, benadrukt Lugtigheid. “Daar is door Glastuinbouw Nederland veel op gehamerd en terecht. Uiteraard lag er door de nieuwe wetgeving ook een harde deadline. Het belang werd door de telers snel onderkend, maar sowieso was er nauwelijks nog ruimte om zaken vooruit te schuiven. Bij elkaar heeft dat ertoe geleid dat er beslist grenzen zijn verlegd.”

Resultaat?
Het heersende idee was, volgens de handhaver, dat ieder bedrijf in de glastuinbouw moet lozen. “Het is verbazingwekkend hoeveel telers al het recirculatiewater volledig blijken te kunnen recirculeren. Het aantal geregistreerde nullozers overtreft de verwachtingen. De uitgevoerde waterscan vormde daarvoor de basis, maar gesteund door gericht onderzoek en nieuwe technieken, durfden ondernemers de stap ook daadwerkelijk te zetten.”

Heeft dit alles al tot het gewenste resultaat geleid? “Als je ziet hoeveel bedrijven de lozing van drain- of drainagewater definitief hebben kunnen beëindigen en door de bevoegde instanties zijn gecertificeerd als nullozer, dan is dat al een belangrijk positief resultaat. Natuurlijk verwacht en hoop je dat ook het effect op het oppervlaktewater zichtbaar en meetbaar is, maar dat blijft lastig.”

Lekkages en onverwachte en onvoorziene waterstroompjes komen nog steeds voor. “Bovendien heb je bij de grondgebonden teelt ook te maken met extern water. De Bommelerwaard is bijvoorbeeld een badkuip tussen de rivieren Maas en Waal. Waterstromen in dit gebied zijn daardoor continu anders, met alle effecten van dien. Stabiel grondwater is daar een punt van aandacht.”

En de hoogte van dat grondwater bij grondteeltbedrijven beïnvloedt natuurlijk de hoeveelheid te lozen drainagewater. Verhoging van het grondwaterpeil is daardoor interessant, met als vraag: hoe diep moet de teeltlaag zijn voor mijn teelt? 

Beter meten
Afsluitend geeft Piet Lugtigheid aan dat telers nog veel kunnen verbeteren op gebied van het op de juiste manier meten van het te lozen water. Regelmatig komt hij in de praktijk tegen dat er wel een meter aanwezig is, maar dat deze zodanig is aangebracht dat er niet goed wordt gemeten. Zo zijn de silo’s soms dusdanig geplaatst dat er eigenlijk geen ruimte is om fatsoenlijk een meter te plaatsen. “In een later stadium wil ik daar graag wat meer over vertellen en middels een verhelderende tekening een eenvoudige oplossing voor aandragen.”

Meer nieuws