De sensor centraal in proef gecontroleerde watergift potplanten

Bij Delphy Improvement Centre in Bleiswijk is een proef uitgevoerd met Ficus Benjamina om te bekijken of een draadloos sensornetwerk een bijdrage kan leveren aan het optimaliseren van de watergift in de teelt van potplanten. De waterverdeling in de pot en over de eb- en vloedvloer is gedurende de hele proef met veertig watergehalte sensoren gemonitord, verdeeld over twee vloeren en op drie manieren in de potgrond gestoken. De verticaal van bovenaf ingestoken sensoren zijn gebruikt om de watergift te sturen en de horizontaal ingestoken sensoren (onderin en bovenin de pot) om in de pot de waterverdeling te volgen.

Sturen op watergehalte
De proef is op twee eb- en vloedvloeren gehouden met ieder een eigen watergeefstrategie. Één strategie is gestuurd door de teeltmanager, geadviseerd door de teeltadviseur, en de andere op basis van de data van de watersensor en een watergeefstrategie opgesteld door de begeleidingscommissie. De strategie op de sensorgestuurde teeltvloer bestond uit twee periodes waarin eerst bij een watergehalte van 36% in de pot en later bij 41% water is gegeven. In de eerste periode zijn er op de sensorgestuurde vloer zeven beurten minder water gegeven dan op de door de teeltmanager gestuurde vloer. Hierdoor liepen de potplanten achterstand in groei op, wat terug te zien was in de opbouw van de plant. De watergeefstrategie op basis van de sensoren heeft er in de eerste periode voor gezorgd dat de planten minder vol van blad waren. Na verhoging van de minimum grenswaarde van het watergehalte in de tweede periode is er op beide vloeren evenveel water gegeven. Het gewas op de sensorgestuurde vloer heeft zich deels kunnen herstellen van de achterstand, die het had opgelopen in de eerste periode.

Sensoren bovenin de pot
De sensorgestuurde teeltvloer is aan de hand van metingen van verticaal in de potgrond gestoken sensoren gestuurd. Deze sensoren, die bovenin de pot staan, gaven representatief het watergehalte in de potgrond weer. Tussen gelijk gepositioneerde sensoren was er wel variatie in gemeten watergehaltes. Dit heeft te maken met de condities rondom de sensor in de pot. Een potplantenteler moet hier rekening mee houden en meerdere sensoren gebruiken om op basis van het gemiddelde van de metingen te sturen.
Bij doorontwikkeling van de sensorgestuurde watergeefstrategie moet het mogelijk zijn om op basis van de verwachte stralingssom en actuele waterhuishouding in de pot de watergeefmomenten te bepalen. Het slagen van het telen met behulp van sensormetingen hangt niet alleen van de sensor zelf af, maar ook van de strategie die de teler hanteert. De kracht van het water geven op basis van sensordata ligt in het feit dat er te sturen valt op basis van objectieve metingen. Bovendien kan een potplantenteler de meetdata terugkijken en zien wat niet goed is gegaan, zodat hij dit in de toekomst kan verbeteren.

Meer nieuws