Onderzoek werpt licht op afvoer hemelwater van kassen

Jan van Staalduinen

Voor het Hoogheemraadschap Delfland onderzocht een student hoe de afvoer van hemelwater op een tuinbouwbedrijf verloopt bij uiteenlopende hoeveelheden neerslag. Holstein Flowers uit De Lier werkte mee aan het project. “Water dat door knelpunten in het systeem niet kan worden opgevangen, vormt feitelijk een verliespost”, motiveert vennoot Mathieu van Holstein. “Dit project heeft inzichten opgeleverd waar we bij nieuwbouw echt iets mee kunnen.”

Nederland telt veel (bebouwde) gebieden waar het verwerken van grote hoeveelheden neerslag in korte tijd dikwijls problemen oplevert. Zoals het Westland, dat tot het beheersgebied van Hoogheemraadschap Delfland behoort. Bij het analyseren van knelpunten in het kwantitatieve waterbeheer en het zoeken naar oplossingen kan het waterschap niet om de glastuinbouw heen.

“Buien worden heviger en door de schaalvergroting in de tuinbouw worden aaneengesloten oppervlakten bebouwd gebied almaar groter”, stelt senior beleidsmedewerker Saskia Jouwersma vast. “Inzicht in de wijze waarop het water zich over het kasdek en door het afvoersysteem verplaatst – in het bijzonder tijdens hevige buien – kan zowel telers als waterbeheerders helpen om knelpunten in de wateropvang weg te nemen. Wateroverlast vormt in veel gebieden een terugkerend probleem en we hebben elkaar nodig om dat probleem terug te dringen.”

Batterij aan meters
In het kader van een onderzoek met Deltares zette Jouwersma twee jaar geleden een onderzoeksvraag uit bij TU Delft, waarop laatstejaars student Kasper Keizer positief reageerde. Gerberakwekerij Holstein Flowers uit De Lier was bereid om zijn afstudeerproject te faciliteren. “Als het past werken wij graag mee aan dit soort initiatieven”, vertelt Mathieu van Holstein. “Bovendien is wateroverlast hier in de Oude Lierpolder best een issue, dus als zo’n onderzoek kan bijdragen aan verbetering, gaan we dat niet uit de weg.”

In maart 2017 installeerde Keizer een batterij aan meters op strategische plaatsen. De vier hoeken van het dek werden voorzien van regenmeters, er werden camera’s geplaatst en een flink aantal afvoerpijpen werd uitgerust met niveaumeters. Hiermee kon worden vastgesteld of de capaciteit van het afvoersysteem toereikend was om ook grote hoeveelheden neerslag probleemloos te kunnen verwerken.

“Als er bottlenecks in het systeem zitten, kunnen de afvoerpijpen daarachter hun water niet snel genoeg kwijt en lopen ze vol”, legt Van Holstein uit. “Als dat te lang doorgaat, loopt het water uiteindelijk over de gootrand langs de gevel. Dat water zouden we vooral in het voorjaar en in de zomer graag in het bassin willen hebben.”

Weinig neerslag, beperkt resultaat
Alle beeld- en meetapparatuur leverde veel informatie op, al bleven de voor het onderzoek zeer nuttige hoosbuien uit. “Onze interesse gaat natuurlijk vooral uit naar faalmechanismen in het afvoersysteem”, licht Saskia Jouwersma toe. “Om die aan het licht te brengen zijn zware buien nodig en die deden zich tijdens de duur van het project nauwelijks voor. Er heeft geen overstort vanuit het bassin naar de sloot plaatsgevonden en de standpijpen van het bedrijf bleken goed op hun taak berekend. We hebben wel kunnen vaststellen dat er door het jaar heen vrij veel neerslag – zo’n 10 procent – verloren gaat door verdamping vanaf het dek.” Wellicht kan dit bij de ontwikkeling van nieuwe, geavanceerde kasdekmaterialen of -coatings een aandachtspunt zijn.

Mathieu van Holstein: “Het belangrijkste leerpunt voor ons is dat je de opvang- en afvoercapaciteit ruim moet dimensioneren, rekening houdend met de traagheid in het systeem. Daar hebben wij bij bedrijfsuitbreiding ook altijd op gelet. Nu zou ik daar nog scherper op letten en dat is een boodschap die ik alle telers zou willen meegeven: zorg ervoor dat de standpijpen en horizontale leidingen niet te snel vol kunnen lopen en neem een ruime marge in acht. De klimaatverandering is een gegeven en neerslag komt steeds vaker in de vorm van korte, hevige buien. Daar moet je goed op berekend zijn.”

Op de foto: Met de bedrijfsplattegrond in de hand bespreken stellen Keizer (links), zijn afstudeerbegeleider Oliver Hoes (rechts) en Van Holstein vast waar de verschillende meters een plaats moeten krijgen.

Beeld: Hoogheemraadschap Delfland.

Meer nieuws teelt en bemesting